Haarsteeg is een kerkdorp in Noord-Brabant, bestaande uit lintbebouwing. Het heeft twee woonkernen, De Hoeven en het eigenlijke Haarsteeg. Haarsteeg was tot 1935 verdeeld over vier gemeenten, te weten: Hedikhuizen, Herpt en Bern, Nieuwkuijk en Vlijmen.
Sinds 1935 maakte Haarsteeg volledig deel uit van de gemeente Vlijmen en na de herindeling van 1997 valt Haarsteeg, net als Nieuwkuijk en Vlijmen, onder de gemeente Heusden.
Haarsteeg is samengesteld uit haar, dat 'zandige rug' betekent, en steeg, dat 'smalle weg' betekent.[1]
Haarsteeg ligt aan de huidige weg Baardwijk-Elshout-Haarsteeg, welke op een zandrug gelegen is; vóór 1970 was er geen rechtstreekse verbinding tussen de kerkdorpen Elshout en Haarsteeg. Ten noorden lag komgrond die tot de afdamming van het Oude Maasje in 1904 uitsluitend bruikbaar was als weiland.
De oudste vermelding van de Haersteghe is uit 1377. Het is hier waarschijnlijk de naam van een steeg, een zandweg. In verscheidene akten uit de 15e eeuw is sprake van de Haer of de Haren in het Herptseveld. Mogelijk dat hiervan de benaming van de weg Haarsteeg is afgeleid. Want ook in Herpt wordt land aen de Haerstege vermeld. De eerste bewoners werden gedocumenteerd in het dodenboek van Klooster Mariëndonk uit circa 1450. De bewoning in De Hoeven werd reeds eerder in schriftelijke documenten vermeld, namelijk in het midden van de 14e eeuw.
Totdat de Bergsche Maas werd gegraven was Haarsteeg met de Hedikhuizense Maas verbonden door middel van een haven. De oude haven is nu in gebruik als ijsbaan en schietterrein van de Ambrosiusschuts. De haven was lange tijd een belangrijke laad- en losplaats voor het scheepvaartverkeer naar Gorinchem, Dordrecht en Rotterdam. Op de heenweg, naar het westen, vervoerde men land- en tuinbouwproducten, riet en vooral ook manden en andere van wilgentenen vervaardige zaken. Op de terugweg werd steenkool meegenomen. Via de Hedikhuizense Maas en het Sas bereikten de kleine zeilende vrachtschepen de eigenlijke Maas.
De parochie Haarsteeg dateert van 1846. Deze werd afgesplitst van de parochie Hedikhuizen, gedeeltelijk ook van de parochie Vlijmen. Het dorp kende mede door eigen parochie een grote verbondenheid, wat na terugkomst van Haarsteegse militairen uit Nederlands-Indië in 1949 leidde tot een actieve afdeling van het Katholiek Thuisfront. Van januari 1949 tot mei 1950 werd door deze organisatie De Haarsteegbode uitgegeven.
In Haarsteeg vestigden zich ook zusters, en wel aan de Haarsteegsestraat 11. Deze leidden het Gertrudisgesticht, waar enkele bejaarden waren gevestigd. Dit is gebouwd in 1907 naar een ontwerp van W.Th. van Aalst. Ook een meisjesschool werd door hen geleid. De zusters vertrokken tegen het eind van de 20e eeuw.
De omgeving van Haarsteeg stond onder sterke invloed van de Maas, die regelmatig buiten haar oevers trad. Ten noorden van de plaats liggen dan ook historische dijken, zoals de Hoge Maasdijk, die bescherming boden tegen het water van de Hedikhuizense Maas. Overstromingen zorgden voor tal van wielen die tegenwoordig een reeks natuurgebieden vormen: Haarsteegse Wiel, en Sompen en Zooislagen. Hierin bevindt zich ook een eendenkooi. Het Haarsteegse Wiel is met een diepte van 19m zelfs het diepste wiel van Nederland.
Ten noordoosten van Haarsteeg ligt open polderland, terwijl de verkaveling in Haarsteeg zélf nog kenmerken van het slagenlandschap vertoont.
Met carnaval vindt te Haarsteeg een regionale optocht plaats, waaraan doorgaans meer dan 80 wagens meedoen.
De Harmonie "St. Cecilia" Haarsteeg werd opgericht in 1843 en bestaat nog steeds.
Johannes Marinus van der Pol , woonde en werkte te Haarsteeg als kunstschilder en glazenier. Hij stond bekend als de Rooije Rembrandt.
De plaatselijke sportvereniging VV Haarsteeg werd opgericht in 1943.
Willy van den Berk was een oud-schaatser. De door hem opgerichte schaatsclub STC Willy van den Berk draagt nog steeds zijn naam.
Bron: wikipedia.